04-04-2025 | IVN: Bijna 3000 basisscholen vieren 10e editie Nationale Buitenlesdag
Bijna 3000 basisscholen vieren 10e editie Nationale Buitenlesdag |
Zo’n tweehonderdduizend basisschoolleerlingen in Nederland vieren op dinsdag 8 april het 10-jarig jubileum van de Nationale Buitenlesdag. Op bijna drieduizend basisscholen in het land nemen meesters en juffen hun leerlingen deze dag mee naar buiten om les te krijgen in de gezonde buitenlucht. Het thema van dit jaar is de natuurbende. Het doel is om kinderen overal in het land te inspireren om hun eigen natuurbende op te richten. Hoewel er een positieve trend zichtbaar is als het gaat om buitenles, is de aandacht hiervoor nog altijd hard nodig. IVN Natuureducatie, initiatiefnemer van de Nationale Buitenlesdag, pleit daarom voor meer groene schoolpleinen, meer ondersteuning van leerkrachten en vraagt scholen om beleid wat betreft buitenles. |
Recent onderzoek onder leerkrachten door DUO in opdracht van IVN laat zien dat het aantal buitenlessen in tien jaar tijd aardig gestegen is. Gaven leraren in 2016 gemiddeld 14 keer per jaar buitenles, het afgelopen jaar was dit gemiddeld 20 keer. Als belangrijkste redenen voor het geven van buitenles noemen ze dat kinderen meer bewegen, het voor een fijne afwisseling zorgt, de buitenlucht gezond is en kinderen meer spelenderwijs leren. Rekenen en taal ‘Het is mooi om te zien dat leraren creatiever met deze vakken weten om te gaan. Leerkrachten zien zelf ook in dat nog meer tijd op een stoeltje achter een tafel en met een boek voor je neus niet het verschil gaat maken. In dit geval geldt: ‘buiten komt het beter binnen’. Vooral bij het automatiseren van de leerstof voegt de buitenles echt iets toe aan het arsenaal van de leerkracht,’ aldus programmamanager Vincent van der Veen. Kleinere scholen meer buitenles Hoewel er nu meer buitenonderwijs wordt gegeven dan tien jaar geleden, blijft de toename slechts summier: van een half naar één procent van de lessen. Opmerkelijk, want het overgrote deel van de leerkrachten zegt dat de ideale verhouding zou zijn: 75 procent binnen en 25 procent buiten les. Juffen en meesters geven echter aan dat zij om dit te bereiken meer ondersteuning nodig hebben en goede lesmaterialen en voorbeeldlessen.
|